What is the translation of " YOUR THINGS AND GO " in Dutch?

[jɔːr θiŋz ænd gəʊ]
[jɔːr θiŋz ænd gəʊ]
je spullen en vertrek
spullen en je vertrekt

Examples of using Your things and go in English and their translations into Dutch

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Ecclesiastic category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Computer category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Take your things and go!
Haal je spullen en laten we gaan.
So why don't you pack your things and go?
Pakje spullen in en vertrek.
Get your things and go.
Pakje spullen en ga maar naar huis.
collect your things and go.
pak je spullen en vertrek.
Get your things and go home.
Pak je spullen en ga naar huis.
You should pack your things and go.
Pak je spullen maar en vertrek.
Get your things and go home.
Pak je spullen en kom mee naar huis.
Let's just get your things and go.
Laten we spullen halen en gaan.
Pack your things and go to the gym!
Pak je spullen en ga naar de sportschool!
Protect me? Get your things and go.
Mij beschermen? Pak je spullen en ga weg.
Get your things and go. Protect me?
Mij beschermen? Pak je spullen en ga weg.
Hurry up. Take your things and go.
Schiet op! Pak je spullen en vertrek.
Get your things and go to the yellow wing.
Pak je spullen en ga naar de gele vleugel.
You can get your things and go.
Pakje spullen en ga maar naar huis.
Grab your things and go where I told you,
Pak je spullen en ga waar ik je heb verteld,
Come on and get your things and go home!
Pak je spullen en ga naar huis!
You bet we have, Lucas. And for a start, you can pick up your things and go.
En jij pakt nu je spullen en je vertrekt.
Get your things and go.
Pak je spullen en ga maar naar huis.
In full command of my wits, I say take your things and go.
Zeg ik, pakken je spullen en ga. Bij mijn volle verstand.
Pack your things and go home.
Pak je spullen en ga naar huis.
take your things and go.
pak je spullen en vertrek.
Take your things and go home.
Pak je spullen en ga naar huis.
And for a start, you can pick up your things and go.
En jij pakt nu je spullen en je vertrekt.
Now, get your things and go.
Pak je dingen nu en ga.
then get your things and go.
van je familie,… pak dan je boeltje en ga weg.
Take your things and go upstairs.
Pak je spullen en ga naar boven.
If you would kindly take your things and go downstairs.
Pak uw spullen en ga naar beneden.
Get your things and go. You're fired.
Pak je spullen en ga. Je bent ontslagen.
then get your things and go- What?
je familie… neem dan je spullen en ga weg.
Get your things and go.
Je mag je spullen pakken en gaan.
Results: 1783, Time: 0.0387

Word-for-word translation

Top dictionary queries

English - Dutch