Ejemplos de uso de Ik schreeuwen en Holandés y sus traducciones al Español
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Ik schreeuwen?
Dus ging ik schreeuwen.
Als je het restaurant uit loopt, ga ik schreeuwen.
Ga ik schreeuwen?
Weduwen hoor ik schreeuwen.
Jaar lang wilde ik schreeuwen en zingen en m'n naam uitkrijsen!
Als je me aanraakt, ga ik schreeuwen.
De hele tijd wilde ik schreeuwen, maar er kwamen geen woorden uit mijn mond.
Als je dichterbij komt, ga ik schreeuwen.
Mijn broer en ik schreeuwen veel dingen.
Als niemand luistert, moet ik schreeuwen.
Als hij me aanraakt, wil ik schreeuwen.
Moeder, ik hoor schreeuwen.
Ik moet schreeuwen.
Moet ik geweld schreeuwen en brengt u geen redding?
Bovendien moet ik meerdere schreeuwen voordat Kate mij kan horen.
Toen hoorde ik je schreeuwen.
Toen hoorde ik Tara schreeuwen.
Zoals u begrijpt, moet ik flink schreeuwen in mijn microfoon.
Toen ik terug kwam hoorde ik je schreeuwen.
Dus ik stond af te wassen en toen hoorde ik Bonnie schreeuwen.
Wat zou ik dan schreeuwen?
Waarom zou ik niet schreeuwen met mensen erbij?
Hij zei dat ik moest schreeuwen.
Ze zei dat ik moest schreeuwen.
Ik maar schreeuwen en… God.
Hoorde ik iemand schreeuwen?
Moet ik geweld schreeuwen en brengt u geen redding?
Misschien moet ik vaker schreeuwen.