Examples of using Big mike in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Big Mike.
We noemen hem Big Mike.
Big Mike, we gaan.
Volgende spreker: Big Mike.
Big Mike heeft me laten gaan.
Combinations with other parts of speech
Usage with adjectives
Usage with nouns
Ik hoorde wat Big Mike zei.
Big Mike heeft me nodig.
Dat kan niet. O, het is Big Mike, man.
Big Mike, dat is geweldig.
Dat kan niet. O, het is Big Mike, man.
Big Mike en White Frankie.
Denk je nou echt dat Big Mike.
Bonkt Big Mike met Bolonia?
Ze noemen me om een of andere reden Big Mike.
Big Mike zei dat je deugde.
En Mr Wolfe. Big Mike, Super Batchic.
Big Mike Donald had een boerderij?
Collins, je kent Big Mike van op School?
Big Mike, je hebt me wel gehoord.
Ik denk niet dat Big Mike meetelt.
Big Mike Cecchin werd kroongetuige.
Het is Big Mike, man. Dat kan niet.
Big Mike zei dat we langs achter moesten gaan.
O, het is Big Mike, man. Dat kan niet.
Big Mike zal dolblij zijn aangezien wij videospellen verkopen.
Morgan Grimes is het zo zat dat Big Mike op de wekker van z'n mama slaat… dat hij vandaag zelfs eens op tijd was.
Als Big Mike weg is, Ben ik gekomen met een plan.
Maar Morgan Grimes walgt zo erg van wat Big Mike met z'n mama doet… dat het idee dat Jeff hetzelfde met Anna doet een soort opluchting is.
Nu Big Mike weg is, heb ik een plan om de verkoopcijfers te doen stijgen.
Laat Big Mike hem hier heenbrengen. Goed.