Examples of using Dagelijks leven in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Voor het dagelijks leven.
Dagelijks leven, a fun game to play.
Noch uit zijn dagelijks leven.
Het dagelijks leven met een insulinepomp.
Een wonder in het dagelijks leven.
Combinations with other parts of speech
Usage with adjectives
hele levendagelijks levennieuw leveneen nieuw levenechte leveneeuwige levenbeter levenlevende wezens
normaal levenmenselijk leven
More
Voor het dagelijks leven of voor vakantie.
Dat nodig is in 't dagelijks leven.
In het dagelijks leven is hij star.
Begeleiding in het dagelijks leven.
En in ons dagelijks leven zijn we jaloers.
ADL activiteiten van het dagelijks leven.
Ons dagelijks leven is vaak druk en hectisch.
En ze gebruiken in jullie dagelijks leven.
Tips voor het dagelijks leven in het gezin.
Natuur fotograferen in ons dagelijks leven.
Het dagelijks leven zat al vol ontberingen en gevaar.
De Franse taal voor uw dagelijks leven.
Ook in het dagelijks leven moet je je zo gedragen.
Pijn Pijn hebben in het dagelijks leven.
Het dagelijks leven zonder mijn vriend is onvoorstelbaar.
We werden opgenomen in hun dagelijks leven.
Zie meer in het dagelijks leven heeft de volgende soorten.
Afdrukken is inderdaad in ons dagelijks leven.
Le style parisien: dagelijks leven met een Parijse touch.
De invloed van artritis op het dagelijks leven.
Het dagelijks leven kan hectisch en overweldigend zijn.
Freud,'psychopathologie van het dagelijks leven.
Stelt u zich eens uw dagelijks leven zonder schoon water voor.
Splash- splash van kleur voor het dagelijks leven.
Hij legt het dagelijks leven vast op een Duits containerschip.