Examples of using Flamingo in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Is een flamingo wijs?
Flamingo met een koffer.
Tragisch ongeval in Flamingo Cove.
De Flamingo Cove-moord.
Bill Schwartz in de Flamingo Arms.
People also translate
De Flamingo is van ons.
Ik heb een kamer gehuurd in de Flamingo.
Welkom in het Flamingo Hotel, meneer.
En ten tweede… was 't het Flamingo.
Koppels van flamingo s in de zonsopgang.
Hou op met klagen, jij veel te grote flamingo.
Hotel Flamingo grootse kerstopening.
Een applaus voor de Flamingo Big Band!
De Flamingo lijkt een vreemde magie te werken.
Woon jij in de Flamingo Arms?-Wacht?
Ik voelde me eerder 'n duif dan een flamingo.
Hotel Flamingo altijd open- Iedereen welkom.
Welkom op onze Sinatra Night hier in de Flamingo.
Roze flamingo s die schaduw zoeken tijdens een hete dag.
broedplaats van de flamingo.
Flamingo onderweg naar tweede verdieping via roltrap twee.
Vlakbij kun je ook de Curacaose flamingo bewonderen.
Beleef de wilde flamingo in haar natuurlijke leefomgeving.
Ontdek leguanen, cactussen of de mooie flamingo op Bonaire.
Het flamingoreservaat is de belangrijkste broedplaats voor de flamingo in het zuidelijk Caribisch gebied.
In de buurt van het appartement kun je ook de Curacaose flamingo bewonderen.
Tien jaar terug zou ik ze voor maraboe, flamingo of pelikaan hebben uitgemaakt.
Het is ook het belangrijkste voedsel en leefgebied voor de flamingo.
Karakteristieke vogelsoorten, zoals flamingo en bijeneter zijn niet te missen.
Een beveiliging bus haalt de inkomsten van deze maand op van El Flamingo.