Examples of using Geef me de code in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Geef me de code.
Kom op. Geef me de code.
Geef me de code.
Zie je wel? Geef me de code.
Geef me de code maar.
Combinations with other parts of speech
Usage with nouns
schuld gevenborstvoeding gevenantwoord gevengeeft een overzicht
geef een geschenk
advies gevengeven de voorkeur
voorkeur gevenadres gegevengeeft informatie
More
Maak hem open, en geef me de code.
Geef me de code.
Sla de formaliteiten over en geef me de code.
Geef me de code.
dus geef me de code en Kate.
Geef me de code, Leo.
maak het open en geef me de code.
Dus geef me de code!
Geef me de code nu maar.
Oké, geef me de code.
Geef me de code, alsjeblieft.
Geef me de code, asltublieft.
Geef me de code. Goed geraden.
Geef me de code. Goed geraden.
Geef me de code van die geldkoffer.
Geef me de code, anders dood ik je.
Geef me de code voor de transcoder.
Geef me de code en wij zorgen er voor.
Geef me de code, er is geen tijd om te kletsen.
Geef me de code of ik snij haar vinger eraf. Wat?
Geef me de code om de explosie te voorkomen.
Geef me de code voor de bom, of je sterft.
Geef me de code of ik snij haar vinger eraf. Wat? Hey.
Geef me de code of ik snij haar vinger eraf. Wat? Hey.
Geef me de code, en ik zal je de dader helpen te vinden.