Examples of using Glibberig in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Te glibberig.
Hij is niet glibberig.
Vies, glibberig spul.
Het maakt je glibberig.
Glibberig, wat bedoel je?
People also translate
Ook glibberig.
Het is allemaal zo glibberig.
Het is glibberig en hij was dronken.
Macht is glibberig.
Hij is glibberig, maar erg belangrijk.
Het is zo glibberig.
Slijm is glibberig en leuk om mee te spelen.
Oh, dit is glibberig.
Hij is glibberig en verzet zich hevig.
Ze zijn slim en glibberig.
Het is een beetje glibberig, maar desalniettemin inspirerend.
Zo koud, hard en glibberig.
De vloer is glibberig door het gesmolten ijs
Ik ben glibberig.
Zijn botten zijn nog steeds glibberig.
Die olie is zo glibberig en heerlijk.
Boter. Maakt het lekker glibberig.
We kunnen de gang glibberig maken voor die dingen.
Wat bent u koud en glibberig.
die vis was… hij was helemaal glibberig.
Het was een… glibberig hol.
Waarom is het circus zo donker en glibberig?
Ik kan je horen glibberig worden.
De drempel van een groot huis is vaak glibberig.
Ik vind dat de schubben glibberig moeten zijn.