Examples of using Iedereen eet in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Iedereen eet.
De kinderen verzamelen zich, en iedereen eet en geniet.
Iedereen eet.
Er is geen menukaart en iedereen eet wat er opgediend wordt.
Iedereen eet toast.
De kinderen verzamelen zich, en iedereen eet en geniet. De moeder kookt.
Iedereen eet fruit.
De overheid gaf ons allen maar maïsmeel Maar niet iedereen eet pap.
Niet iedereen eet het.
Iedereen eet borscht.
Wij weten dat iedereen eet voor vijf en dat dat de normale prijs is.
Iedereen eet bessen.
Iedereen eet vruchten.
Iedereen eet veel.
Iedereen eet mijn scheten.
Iedereen eet ijs, Kirt.
Iedereen eet hetzelfde voedsel.
Iedereen eet lanch behalve ik.
Iedereen eet en ik heb honger!
Iedereen eet uit zijn hand.
Iedereen eet… Of niemand eet.
Iedereen eet, behalve 117 en zijn team.
Iedereen eet ze… en geeft dan over.
Iedereen eet iedereen's kont.
Iedereen eet ervan… en moet dan overgeven.
Iedereen eet nu iedereen's kont.
Ja. Iedereen eet ribbensoep na een bruiloft.
Iedereen eet met zijn rechterhand van een injera.
Iedereen eet ervan… en moet dan overgeven.
Iedereen eet lekker en ik krijg allemaal complimentjes.