Examples of using Simcha in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
En dat is Simcha.
Simcha, zeg iets.
Heel goed, Simcha.
Simcha ging naar Nederland.
Hij lijkt op Simcha.
Echt waar. Simcha, zeg'kwak-kwak'.
Rom en Ohad bezocht Simcha.
Hij lijkt op Simcha. Mijn god.
Kom, Simcha. Laten we gaan wandelen.
Wat is dat? Simcha wacht.
bezochten Simcha.
Je hield van Simcha Kalman.
Simcha. Wat is dat voor ding? Lamp.
Wat is dat? Simcha wacht.
Praat, Simcha.
Rom, kwam naar Simcha met Shiraz.
En hoe gaat het met je oefeningen, meneer Simcha?
Het slechte nieuws is dat Simcha Kalman dood is.
Simcha? Eerst het rechterbeen,
Vandaag hebben ze Sophia, Israel and Tsipora and Simcha ontmoet.
Simcha? Eerst het rechterbeen, zo zijn de regels?
Me beschuldigen? Jij nam Simcha toch iedere dag mee naar die vijver?
Simcha kreeg ook een bezoek van haar kleinkinderen.
Eldar Levi en Daniel: Simcha, was voor ons als een grootmoeder.
Simcha Jong onderzoekt de rol van universiteiten in hightechparken.
Sally Monsantofils-Heilbron stierf in 1892. Simcha ging naar Nederland.
Jij nam Simcha toch iedere dag mee naar die vijver?
Zoek naar managers gerelateerd aan SIMCHA B MAOZKent u gerelateerde managers van deze persoon?
Simcha bezoekt de Poolse school waar enkele Joodse leerkrachten les geven.
Zoek naar jaarlijkse inkomen van SIMCHA B MAOZKent u het jaarlijkse inkomen van deze persoon?