Examples of using Zach heeft in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Zach heeft een kans.
Vooral nu ze Zach heeft?
Zach heeft me gered.
Vooral nu ze Zach heeft?
Zach heeft al gemoord.
Jij hebt die jongen, en Zach heeft dit.
Zach heeft een vriendin?
Dat ben ik, ja, maar Zach heeft dit niet van mij.
Zach heeft ze naar beneden gehaald.
Ik wil vervroegd naar de universiteit, Zach heeft beurzen.
Dus Zach heeft een vriendin?
om vanaf een vaste telefoon 112 te bellen… Mijn zoon Zach heeft pinda-allergie en er is ons altijd gezegd… zodat de precieze locatie kan worden getraceerd.
Zach heeft geen voorbeeld gehad. .
Mijn zoon Zach heeft pinda-allergie en er is ons altijd gezegd.
Zach heeft een ingeklapte long.
wat voor belang kan dat… vertelden ze ons altijd 911 te bellen vanaf een vaste lijn, Mijn zoon Zach heeft een zware notenallergie en daarvoor zodat de centrale de oproep naar een precieze locatie kan traceren.
Zach heeft zijn pudding en nog wat gekregen.
Mijn zoon Zach heeft een zware notenallergie
Zach heeft iets wat hij varenspectie noemt.
Zach heeft ons vorig jaar in een lastige situatie gebracht.
Zach heeft een interessante loopbaan,
Maar Zach had niets te maken met Cassie's moord.
Zach had niets te maken met Cassie's dood.
Seth en Zach hebben talent.
Zach had aangezichtstrauma en inwendige bloedingen.
Zach had zijn been gebroken, zijn arm.
Zach had een mobiele telefoon in zijn hand.
Zach had niks met Cassies moord te maken.
En Zach had beloofd, dat hij ons meer kon leveren.
Zach had een gsm in z'n hand.