Examples of using Cools in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Echt cools.
Cools faalde dit keer niet; 1-1.
Doe iets cools.
Cools liet niet veel familie achter.
Zeg jij iets cools.
Combinations with other parts of speech
Usage with adjectives
best coolcool ding
een echt coolcool idee
cool spel
coolste man
coolste meisje
extra coolcoolste persoon
cool verhaal
More
Usage with nouns
Er was niks cools aan Jesse Helms.
Dag, nerds. Echt cools.
Zoiets cools heb ik nog nooit gezien.
Laat me iets cools zien.
Zoiets cools had ik nog nooit gezien.
Er is hier niets cools.
Ik zal je wat cools in m'n kamer laten zien.
Ik zei, iets cools.
Cools, op deze camping in augustus 2015 5, 6.
Hier is niets cools aan, Ben.
Hier gebeurt nooit iets cools.
Niet gewoon iets cools om te zeggen.
Iets cools, zoals eten of Joan Didion.
Ik heb nog nooit zoiets cools gezien.
Zoiets cools heb ik nog nooit gezien!
Welke vragen wil je dat Kathleen Cools stelt aan het panel?
Cools verzamelde ook 35 caps bij de Rode Duivels.
Fantastisch. Zoiets cools heb ik nog nooit gezien!
Cools precies, rustig
Ik heb nog nooit zoiets cools gedaan in deze stad.
Iets cools, zoals… een meisjesrobot
Ook Jacobus Cools uit Sluis, Zeeuws-Vlaanderen, vertrok.
Romain Cools, directeur en algemeen secretaris van Belgapom en Vegebe.
Het zwembad cools op warme dagen, we hebben er ervaren.
Zoiets cools en engs is nog nooit gebeurd.