Examples of using Dat overleefd in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Dat overleefde hij.
Ik heb dat overleefd.
Dat overleefde ik ook.
Hij heeft dat overleefd.
Dat overleefde Archie ook.
Combinations with other parts of speech
Usage with nouns
overleefde de oorlog
overlevende echtgenoot
sterken overlevenoorlog overleefdmensen overlevenshoa overlevendenoverlevende zoon
overlevende lid
overlevende stervelingen
holocaust overlevenden
More
Usage with adverbs
laatste overlevendelang overlevengewoon overlevenoudste overlevendesterkste overlevenerger overleefd
More
Usage with verbs
Heeft hij dat overleefd?
Jij hebt dat overleefd? Ik ben onder de indruk!
Niemand heeft dat overleefd.
Dus omdat jullie dat overleefd hebben, denk je dat je over de eindstreep bent gekomen,
Niemand heeft dat overleefd.
Zou jij dat overleefd hebben?
Gelukkig heeft hij dat overleefd.
We hebben dat overleefd. Oké!
Maar weinig Shadowhunters hebben dat overleefd.
Hoe kan ik dat overleefd hebben?
Eens zien als hij dat overleefd.
Het is het enige deel dat overleefd, gebouwd in de 16e eeuw.
Slechts weinigen hebben dat overleefd.
Wat als ze dat overleefd?
En hopen dat hij dat overleefd.
Er is maar één persoon bekend die dat overleefd heeft en hij zit in dit lokaal.
Hoe heeft hij dat overleefd?
Niemand heeft dat overleefd.
Ok! We hebben dat overleefd.
Niemand heeft dat overleefd.
Hoe hebben we dat overleefd?
Heeft iemand dat overleefd?
Maar velen van hen zijn zo sterk dat overleefd tot onze tijd.
Dat overleef ik wel.
Als je huwelijk dat overleeft, is dat een goed teken.