Examples of using Die data in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Op die data.
Kijk eens naar die data.
Die data willen we.
Ik ken die data.
Is die data betrouwbaar?
Combinations with other parts of speech
Usage with adjectives
big datapersoonlijke dataopen datamobiele databelangrijke datanieuwe dataandere databeschikbare dataruwe datahistorische data
More
Er staat niets bij die data.
Schrijf die data over.
Picardie en Parijs op die data.
Als je die data doortrekt.
Ik beslissen wie op die data gaat.
Laat ze die data nog 's checken.
Fedora 15 bevat nu een GUI voor die data.
We hebben die data snel nodig.
Die data maken je tot wie je bent.
Betekenen die data wat voor je?
Die data moet naar de database.
Een foto zegt véél meer dan al die data en plaatsen.
Zijn die data correct, Rodney?
Bij content marketing ga je met die data aan de slag.
Die data zijn ook nog niet gebeurt.
Gaan jullie nog vertellen wat die data zo bijzonder maakt?
Die data zorgt ervoor dat jij bent wie jij bent.
Op dit moment vergaren de Citybeacons die data echter niet.
Download die data naar de geheugen drive.
We moeten achterhalen waar elk van hen was op die data.
Als je die data hebt, kan de pret beginnen.
We zijn dan ook heel verbaasd over die data 2004-2007 voor Roemenië en Bulgarije.
En die data zijn gelijk aan de eerste ontvoeringen.
Hij houdt zich sindsdien schuil en die data kloppen met de eerste ontvoering.
Als die data juist zijn,