Examples of using Gisteren jarig in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Ik was gisteren jarig.
Volgens onze gegevens was ze gisteren jarig.
Hij was gisteren jarig.
Mijn oudste zusje Leonie was gisteren jarig.
Hij was gisteren jarig.
haal goede cijfers en ik was gisteren jarig.
Jay Z was gisteren jarig.
Ik was gisteren jarig en Jack had een feestje georganiseerd. Jack?
Was je zoon gisteren jarig?
Zij was gisteren jarig, maar viert het het komend weekend.
Camille was gisteren jarig.
Ik was gisteren jarig, Johnny.
Ik heb gehoord dat je gisteren jarig was.
Hij was gisteren jarig, dus 't zal wel.
Ja, prima. Je vader was gisteren jarig.
En omdat hij gisteren jarig was, had ik dus een goed excuus.
Ja, prima. Je vader was gisteren jarig.
Mijn moeder was gisteren jarig en voor haar heb ik deze kaart gemaakt.
Ik hoorde dat je gisteren jarig was.
Omdat… ik gisteren jarig was.
Deze kaart heb ik gemaakt voor mijn vriendin Nancy die gisteren jarig was.
Hij was gisteren jarig.
Weet je niet meer dat ik gisteren jarig was?
Omdat de meisjes gisteren jarig waren, maakte ik een klein extraatje.
Ik hoorde dat je gisteren jarig was.
Was mama gisteren jarig?
Ik begrijp dat hij gisteren jarig was.
Je zei niet dat je gisteren jarig was?
Ik was gisteren trouwens jarig.