What is the translation of " GROOT " in English? S

Adjective
Noun
great
geweldig
goed
veel
fantastisch
mooi
prima
leuk
heerlijk
prachtig
fijn
huge
enorm
groot
reusachtig
gigantisch
erg groot belang
heel
immens
major
majoor
majeur
hoofdvak
grote
belangrijke
ernstige
aanzienlijke
voornaamste
ingrijpende
grootschalige
groot
size
maat
omvang
formaat
afmeting
de grootte
groot
lengte
oppervlakte

Examples of using Groot in Dutch and their translations into English

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Ecclesiastic category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Computer category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Niet groot.
Not high.
Groot bal?
Grand ball?
Dit is groot.
This Is Major.
Groot, leeg.
Vast, empty.
Kom op, Groot.
Come on, Groot.
Groot verschil.
Big a-difference.
Het is te groot.
It is too vast.
Groot en exotisch?
Big and exotic?
Bedankt, Groot.
Thank you, Groot.
Hoe groot ben jij?
What size are you?
Je wordt groot.
You're growing up.
Groot Hertog Dmitry.
Grand Duke Dmitry.
Hij was groot en.
He was big and.
Groot verschil maken.
A major difference.
Hoe? Ik ben Groot.
How? I am Groot.
Hij is groot en dom.
He's huge And stupid.
Ja, hij was groot.
Yes, he was large.
Hij is groot en mager.
He's tall and thin.
De zee is groot.
The water is wide.
Was hij groot of klein?
Is he tall or short?
Het is erg groot.
It's awfully grand.
Hoe groot is uw zus?
What size is your sister?
Hij is niet zo groot.
He's not that great.
Klein of groot, Marcel?
Small or large, Marcel?
De vogels zijn groot.
The birds are large.
Kenny De Groot is dood.
Kenny De Groot is dead.
Zijn ego is te groot.
His ego is too high.
Ik ben groot fan van jou!
I'm a huge fan of you!
Big Green Egg, groot.
Big Green Egg, large.
U was in groot gevaar.
You were in great danger.
Results: 102169, Time: 0.0607

How to use "groot" in a Dutch sentence

Dat was een immens groot verdriet.
Die vonden het één groot avontuur.
Hier heeft Prior een groot marktaandeel.
Groot prentenboek met grappige, dynamische kleurenillustraties.
Groot aanbod met een goede prijs.
Groot aanbod met een prima prijs.
Rustiek, maar groot goed geprepareerde campings.
Een groot compliment verdien jij, Jeanet.
Ook modelletjes zorgen voor groot enthousiasme.
Hoe groot kunnen deze ongeveer worden?

How to use "large, big, great" in an English sentence

Inflatable sea creatures and Large Slide.
Descriptions: Large 1993 Dodge Dakota Mirrors.
Man, we’re suckers for big news.
Whole Foods donates really great bread.
Booking Big K.R.I.T Not Quite Right?
Works great for correcting slouchy posture.
Great for special issues and supplements!
Sales professional with great customer service!
Large master suite and secondary bedrooms.
Curiosoity about the Next Big Thing.
Show more

Top dictionary queries

Dutch - English