Examples of using Makkelijk gezegd in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Makkelijk gezegd.
Het is makkelijk gezegd.
Makkelijk gezegd.
Dat is makkelijk gezegd.
Makkelijk gezegd.
Combinations with other parts of speech
Usage with nouns
mensen zeggenmoeder zeivader zeidokter zeijezus zeisommigen zeggenklanten zeggenman zeibijbel zegtzegt de HEERE
More
Dat is makkelijk gezegd.
Makkelijk gezegd, Agent.
Dat is makkelijk gezegd.
Makkelijk gezegd, O'Flynn.
Dat is makkelijk gezegd.
Makkelijk gezegd, sergeant.
Dat is nu makkelijk gezegd.
Makkelijk gezegd, laten we gaan.
Dat is makkelijk gezegd.
Makkelijk gezegd als je nog jong bent.
Prachtig is makkelijk gezegd.
Makkelijk gezegd als je niet meegaat.
Dadelijk is makkelijk gezegd.
Makkelijk gezegd als je niet meegaat.
Iets onderscheidends.- makkelijk gezegd.
Makkelijk gezegd, moeilijk te doen.
Dat is achteraf heel makkelijk gezegd.
Makkelijk gezegd als uw volk nog leeft!
Ik weet zeker dat je zult denken, makkelijk gezegd en hoe dan?
Makkelijk gezegd met je broek aan.
Dat is makkelijk gezegd nu.
Makkelijk gezegd als je alles aan hebt.
Nu' is makkelijk gezegd.
Makkelijk gezegd, jij hebt vrienden.
Dit was natuurlijk makkelijk gezegd dan gedaan voor zo een shopaholic zoals ik.