Examples of using Torens in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Verbonden torens.
Geen torens meer voor mij.
Dat zijn mijn torens.
Alle torens lichten op.
Dat zijn mijn torens.
Combinations with other parts of speech
Usage with adjectives
ivoren torenhoge torenscheve torencentrale torennoordelijke torenzuidelijke toreneen ivoren torenoude torenmiddeleeuwse torende ivoren toren
More
Alle torens klaar om te vuren.
Zie je die torens?
Twee torens- twee torens.
Een kathedraal met torens.
Draai alle torens naar 210.
Het huis heeft twee torens.
Deze beide torens zijn afgebroken.
Misschien haat ik torens.
Dit torens zijn door een schild omgeven.
Nee, je moet naar de torens toe.
De online torens en offline gebied.
Een kerk. Een kathedraal met torens.
Stap 3: Zet je torens in de hoeken.
Die torens worden door een schild beschermd.
Plaats de paarden in de velden direct naast de torens.
Die torens worden door een schild beschermd.
Al deze kerken hebben torens, behalve deze.
Nee. De torens, de ophaalbrug, alles.
Daar krijg je zonsondergangen, torens, zilveren zullen!
Zet de torens in de hoeken van het bord.
naar de stad van de honderd torens.
Ze hebben vier torens met vier wachtposten.
Aanvallen met de dame is hetzelfde als met torens en lopers.
Van rustige torens naar verre valleien.
Pas in 1955 werd de toestemming verkregen van de communistische autoriteiten om de torens te herbouwen.