Examples of using Zegt dat het in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Je zegt dat het stinkt.
Wat de president zegt dat het is.
Wie zegt dat het een hem was?
Behalve dat jij zegt dat het een demon is.
Ze zegt dat het de eerste keer was.
Combinations with other parts of speech
Usage with nouns
mensen zeggenmoeder zeivader zeidokter zeijezus zeisommigen zeggenklanten zeggenman zeibijbel zegtzegt de HEERE
More
De lokale bevolking van dit gebied zegt dat het de zonnigste kust van Noorwegen is.
Ze zegt dat het niets was.
De bevolking zegt dat het vervloekt is.
Zegt dat het een stomme vergissing was.
Mijn gevoel zegt dat het van de koers is.
Je zegt dat het een ongeluk was.
Niet tenzij je zegt dat het voorbij is met David.
Ze zegt dat het naar gin smaakt.
Hij is daar nu en zegt dat het allemaal jouw idee was.
Wie zegt dat het mijn hond is?
Wie zegt dat het niet nu kan?
Mijn hart zegt dat het een jongen is.
Ze zegt dat het niet werkt, tenzij men gelooft.
Raadsman zegt dat het niet zo is.
Ze zegt dat het de beste is die er is.
En je zegt dat het goed was?
Hij zegt dat het niet kan wachten.
Alexei zegt dat het beter wordt.
Hij zegt dat het niet van hem is.
Iedereen zegt dat het een ongeluk was.
Wie zegt dat het 'n nachtmerrie was?
Mijn gevoel zegt dat het nog een afleiding is.
Hij zegt dat het z'n kloon was.
De dokter zegt dat het al beter gaat.