Wat Betekent HE CAN'T KNOW in het Nederlands - Nederlands Vertaling

[hiː kɑːnt nəʊ]
[hiː kɑːnt nəʊ]
hij kan niet weten

Voorbeelden van het gebruik van He can't know in het Engels en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Ecclesiastic category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Computer category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
He can't know.
Hij kan het niet weten.
Please! He can't know!
He can't know.
Hij mag het niet weten.
I know, but he can't know that.
Ja, maar dat mag hij niet weten.
He can't know who I am.
Hij mag niet weten wie ik ben.
He knows things he can't know.
Hij weet dingen die hij niet kan weten.
But he can't know that.
Dat kan hij niet weten.
He can't know I'm here.
Hij mag niet weten dat ik hier ben.
Until then, he can't know we're on to him.
Tot dan mag hij niet weten dat we hem doorhebben.
He can't know she's here.
Hij mag niet weten dat ze hier is.
And he can't know who we are.
En hij mag niet weten wie wij zijn.
He can't know we're here.
Hij mag niet weten dat we hier zijn.
But he can't know what we have done.
Hij mag niet weten wat we hebben gedaan.
He can't know what we're doing.
Hij mag niet weten wat we doen.
Why not? He can't know that I'm moving in here?
Hij kan niet weten dat ik hierheen verhuis.-Waarom niet?.
He can't know you're here.
Hij mag niet weten dat jij hier bent.
He can't know we're talking.
Dat mag hij niet weten.- Wij allebei.
He can't know we're talking.
Wij allebei.- Dat mag hij niet weten.
He can't know who turned him in.
Hij mag niet weten wie hem aangaf.
He can't know that I'm Tamsin!
Hij mag niet weten dat ik Tamsin ben!
He can't know anything's wrong.
Hij mag niet weten dat er iets mis is.
He can't know we lied to him.
Hij mag niet weten dat we hebben gelogen.
He can't know where I am. Good.
Goed zo. Hij mag niet weten waar ik ben.
He can't know it was my idea.
Hij mag nooit weten dat het mijn idee was.
He can't know, can he?.
Hij kan het niet weten, kan hij?.
He can't know that I'm telling you this.
Hij mag niet weten dat ik u dit vertel.
He can't know it's me that said anything.
Hij mag niet weten dat ik het heb gezegd.
He can't know that we know..
Hij kan niet weten wat wij weten..
He can't know where it came from.
Hij mag niet weten waar ie vandaan komt.
He can't know what he believes.
Hij kan niet weten wat hij gelooft.
Uitslagen: 81, Tijd: 0.0445

Woord voor woord vertaling

Top woordenboek queries

Engels - Nederlands