Voorbeelden van het gebruik van Bash in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Voor bash.
Bash zijn idee.
Doe jij het met Bash?
Bash, onze broer.
Jij moet Peter Bash zijn.
Combinations with other parts of speech
Gebruik met zelfstandige naamwoorden
Bash en ik zijn hier.
Je was verloofd met Bash.
Bash heeft het haar verteld.
Colleen Bash, Wendy Cowell.
Bash is niet het probleem.
Je krijgt Franklin en Bash.
Kent Bash dit meisje?
Ze woont bij de Franklin en de Bash.
Ze zal Bash hebben, en ons.
Zij probeerde om Mary en Bash.
Bash heeft zijn eigen motieven.
Nee, ik zag dat Bash hem iets gaf.
Bash en ik zullen de kapel nemen.
Hoe zit het met Bash, Delphine en jou?
Maar we werken voor Franklin en Bash.
Heb je Bash gezien? Gilbert?
Lemand probeerde daarnet Bash te doden.
Meer Dan bash en Gilbert aankunnen.
Wacht even. Jullie zijn Franklin en Bash.
Bash heeft bewakers uitgestuurd om ze te zoeken.
Maar ik kan Peter Bash zijn kantoor maar niet vinden.
Bash, Pascal was besmet en nu is hij dood.
Het tonen van onze wrok tegen Bash aan de koning?
Bash zei dat hij die arme Delphine heeft vermoord.
Ik heb eindelijk een zaak met Franklin en Bash.