Voorbeelden van het gebruik van Buzz in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
En Buzz?
Winnaars: Kumi en Buzz.
Ik ben Buzz Crowder.
Crick en Buzz.
Buzz, met bewondering.
Combinations with other parts of speech
Gebruik met bijvoeglijke naamwoorden
Gebruik met zelfstandige naamwoorden
Omdat ik Buzz Fielding ben.
Ik bén je vader. Nee, Buzz.
Buzz Lightyear weet 't altijd zeker.
Ik hou van Buzz. Buzz Lightyear!
Buzz, kom naar het mortuarium.
Ik ben dol op Buzz. Buzz Lightyear!
Buzz Lightyear grijpt in.
Ik hou van Buzz. Buzz Lightyear.
Buzz, blijf uit de vuurlinie.
Chuckie Sol en Buzz Bronski. Meneer?
Een Buzz Cola met vanille en limoen.
Chuckie Sol and Buzz Bronski. Meneer?
Buzz en Connie Darville, Joy's ouders.
Chuckie Sol en Buzz Bronski. Meneer?
Buzz Lightyear gaat je redden!
Meneer? Chuckie Sol en Buzz Bronski.
Buzz, zeg niet'verdachte omstandigheden.
Ik ben dol op Buzz. Buzz Lightyear!
Hallo, ik ben Hope Jensen van City Buzz.
Chuckie Sol and Buzz Bronski. Meneer?
Makria buzz en de stranden blijven in de benen sou….
Sorry, ik begrijp het niet meer na'Buzz Aldrin'.
Neil Armstrong, Buzz Aldrin en Mike Collins.
De poppen-kop die ik gemaakt heb voor de buzz zaag-truc.
Buzz weigert echter omdat hij geen nieuwe partner wilt.