Examples of using Zij vertrokken in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Ecclesiastic
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Zij vertrokken.
Mijn fout. Zij vertrokken.
Zij vertrokken op 14 april.
Ik bleef. Zij vertrokken.
Zij vertrokken met de boot.
Combinations with other parts of speech
Usage with nouns
beste vluchtpromoties vertrekkendtrein vertrektbus vertrektvliegtuig vertrektvertrekt flixbus
vader vertrokvlucht vertrektboot vertrektbussen vertrekkenschip vertrekt
More
Zondag, vlak voor dat zij vertrokken.
Zij vertrokken bitter, creatief impotent.
Heeft ze me gered. Toen zij vertrokken.
Zij vertrokken, maar kwamen niet terug.
En je twee jongens, zij vertrokken om 8:00 uur.
Zij vertrokken op 25 september uit Amsterdam met s.s.
En je twee jongens, zij vertrokken om 8:00 uur.
En zij vertrokken uit Salmona en legerden zich in.
En hij zond zijn broeders heen; en zij vertrokken;
En zij vertrokken vroeg, met het voorgestelde doel.
Wilden we met ze meegaan. Toen zij vertrokken.
En zij vertrokken vroeg, met het voorgestelde doel.
De man die zou achterblijven als zij vertrokken?
Zij vertrokken op vrijdag 21 augustus 1931 met de S.S.
Terwijl zij vertrokken, verwonderde zij zich weer, met spijt….
Zij vertrokken heel snel vanochtend…
En zij vertrokken in een schip, naar een woeste plaats.
En zij vertrokken in een schip, naar een woeste plaats.
En zij vertrokken die ochtend, vastbesloten om(de armen) te weren.
En zij vertrokken in een schip naar een eenzame plaats.
En zij vertrokken in een schip, naar een woeste plaats.
Nadat zij vertrokken, vertelde ik Diane dat je hen wilt ontslaan.
En zij vertrokken in een schip, naar een woeste plaats, alleen.
En zij vertrokken in een schip naar een eenzame plaats, alleen.
En zij vertrokken in een schip, naar een woeste plaats, alleen.