Voorbeelden van het gebruik van Die chips in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Maak je die chips?
Die chips zijn een lachertje.
Echt? Die chips?
Die chips helpen je niet.
Wil je die chips nog?
Combinations with other parts of speech
Gebruik met werkwoorden
Die chips had u al aangeslagen.
We hebben die chips nodig.
Die chips zullen taai worden, Peter.
Hoe kom je aan die chips?
Ruim die chips op.
Zoek uit waar die chips.
Wil je die chips zo graag?
Maar nee, bedankt. Ik bedoel, ik vind die chips wel lekker.
Je krijgt die chips en versterkers.
Iets met die chips.
Zijn die chips glutenvrij? Dat is correct.
Maak je die chips?
En die chips bevatten hoeveel gegevens?
We hebben die chips nodig.
En die chips worden in Thailand gemaakt?
Dus jij implanteerde die chips in andere mensen?
Die chips heb ik al in geen tijden meer gegeten.
Ik wist dat die chips zouden werken.
Kijk, die chips die je lekker vindt.
Dus jij implanteerde die chips in andere mensen?
Lust jij die chips met ui en zure room?
Ze hebben die chips je lekker vind.
Zonder die chips zijn de raketten ongevaarlijk.
Kunnen we die chips niet elders kopen?
Dus u hebt die chips bij andere mensen geïmplanteerd?