Voorbeelden van het gebruik van Pascal in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Ik ben Pascal.
Pascal, ik hoor je niet.
Frankrijk, Pascal.
En Pascal was geen heilige.
Mijn naam is Pascal.
Mensen vertalen ook
Pascal, hij was zichzelf niet.
Ik ben dr. Pascal Bourg.
Wie? Shakespeare? Nee, Pascal.
Aiden, Pascal wijkt af van het plan.
Nee, ik heb het tegen jou, Pascal.
Pascal en ik gaan naar de zoon van Logan.
Ik had je bijna gestoken. Pascal.
Ik weet zeker dat Pascal deze wijn dronk.
Pascal, ik heb de troefkaart voor Victoria.
Dit moet de das van Bruno Pascal zijn.
Ik heb Pascal niet gezien in de Wipeout.
De tiplijn gaat alleen maar over Pascal.
Pascal, waren alle gelovig. Newton. Faraday.
Met Mélanie Frotillon en Pascal Pelouse in de hoofdrollen.
Pascal, Mathieu en hij kunnen hier zo zijn.
De nacht waarin Pascal is vermoord, was ik alleen.
Pascal gelooft dat u koningin Johanna hebt vermoord.
De stelling van Pappos is een speciaal geval van de stelling van Pascal.
Newton. Pascal, waren alle gelovig. Faraday.
Je kunt me vertellen hoe je vader wist wat Pascal van plan was.
Dr. Pascal, Kolonel Calvin Howard is dood. Begrepen.
Ze hadden ruzie gekregen toen Pascal terug was van een reis.
Je moet Pascal nog eens 3000 geven als hij de boot aflevert.
Kan je mij vertellen hoe je vader wist van de bedoelingen van Pascal?
Ik nomineer Kiera Pascal, de aanvoerder van het meisjesvoetbalteam.