Wat Betekent WRITE THE CHECK in het Nederlands - Nederlands Vertaling

• de cheque uitschrijven
• de cheque schrijven

Voorbeelden van het gebruik van Write the check in het Engels en hun vertalingen in het Nederlands

Write the check.
Schrijf een cheque.

So, you write the check.
Dus, jij schrijft de cheque.

Write the check. Come on, baby.
Kom op, schat, schrijf de cheque.

I saw him write the check.
Ik zag hem de cheque uitschrijven.

And it just so happens that I could write the check.
En toevallig kon ik de cheque schrijven.

I write the checks.
Ik schrijf de cheques uit.

I make my money, and I write the checks.
Ik verdien mijn geld, en ik schrijf de cheques uit.

We write the checks.
Wij schrijven de controles.

My dad's the one who has to write the check.
Mijn vader moet de cheque uitschrijven.

I will write the check.
Ik schrijf de cheque wel uit.

Write the check out, payable to Jerry King.
Schrijf de cheque uit, betaalbaar aan Jerry King.

Those guys write the checks.
Die jongens schrijven de cheques.

Just write the check so we can get back to work.
Schrijf de check uit, zodat we weer aan het werk kunnen.

I remember the people who write the checks.
Ik herinner me de mensen die de cheques schrijven.

Just write the check, babe, okay?
Schrijf die cheque nou maar.- Oké?

You just tell me how much and I will write the check.
Zeg hoeveel en ik schrijf direct een cheque uit.

Just write the check to Sidney Deane.
Schrijf de cheque op naam van Sidney Deane.

he can write the check.
hij kan de cheque uitschrijven.

Just write the check to Sidney Deane. Thank you very much.
Dank u. Schrijf de cheque op naam van Sidney Deane.

You open an account with my money and then write the check for me.
Je opent een rekening met mijn geld en schrijft een cheque uit.

I write the check, I can't make the mortgage.
Ik schrijf de check uit… Ik kan de hypotheek niet betalen.

only if we're doing our authentication right, Person A can write the check.
je onze verificatie goed doet, kan alleen Persoon A de cheque schrijven.

Now every month when I write the check I can look at it
Elke maand, als ik de cheque uitschrijf… kijk ik ernaar

Your father's the one who wrote the check.
Je vader schreef de cheque.

I wrote the check myself.
Ik heb zelf de cheque geschreven.

You wrote the check yourself.
Je schreef die cheque zelf uit.

Well, I wrote the check.
Nou, ik heb de cheque geschreven.

Who wrote the check?
Wie schreef de cheque uit?

Who wrote the check to Zara Farouk?
Wie schreef de cheque aan Zara Farouk?

He wrote the check, and I cashed it.
Hij heeft de cheque uitgeschreven en ik heb 'm verzilverd.