Voorbeelden van het gebruik van Overloper in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Een overloper.
Moordenaar of overloper.
Overloper, slechte hacker.
Hij is een overloper.
Een overloper en zijn vrouw.
Mensen vertalen ook
Het is een overloper.
Overloper. Ik heb jullie opgesloten met!
Ik ben geen overloper.
Uw overloper is drugsverslaafd, kolonel.
Wilson was een overloper.
Is dat de overloper van de sheriff?
En jij, jij bent een overloper… Wat?
De overloper die aan zijn straf ontsnapte.
Hij was vast een overloper.
Overloper. Ik geef je niet de voldoening.
Wat je betaalt aan een overloper.
We hebben een overloper in ons midden.
Dus ze noemen je een overloper.
Je overloper is een Russische spion.
Tien minuten geleden. Een overloper.
Ik bedoel, die overloper had me bestolen.
Je moeder is ook een overloper.
De overloper die aan zijn straf ontsnapte.
Dus, wie vond de overloper?
Het is geen overloper, het is een krijgsgevangene.
Wil je dat ik een overloper word?
Als hij een overloper is, levert hij Andrea uit aan de FIS.
Blijkbaar een Neolutie overloper.
Jouw man is een overloper, Guillam.
Misschien was het jouw idee, vuile overloper.