Voorbeelden van het gebruik van Spring in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Spring in een auto.
Want het is Lydia Spring.
Spring op m'n rug.
Charlotte. Spring in de truck.
Spring op m'n rug.
Combinations with other parts of speech
Gebruik met bijvoeglijke naamwoorden
Gebruik met werkwoorden
Gebruik met zelfstandige naamwoorden
Ze is in Florida op spring break.
Spring op mijn knie.
Ik ben Mrs Dennis Spring, Joan.- Hoi.
Spring naar de vreugde!
We kunnen Lydia Spring redden en alles oplossen!
Spring op je paard!
Daarnaast komt de Spring winnaar uit het Westf.
Spring nu op mijn rug.
Maar als zij gilt, spring je op als Ab Normaal.
Spring naar hyperspace!
Zachariah Webb, Edgar Spring en Patrick Spring.
Ik spring in de auto.
Spring erin en help hem!
Dan spring jij erin.
Spring op de wagen. Rennen!
Het is spring break in twee dagen.
Spring nu! Gary en Gerti!
Patrick Spring heeft dit niet gebouwd.
Spring voor hen en doe het nu.
Maar wanneer u een sterkere spring gebruikt, verhoogt dit aanzienlijk de mogelijkheid tot schade.
Spring met ons in het diepe.
Ik spring uit het raam.
Spring Break, de klas van 2016?
North Spring Street 312.- Centrum.
Spring binnen als je wilt leven.