Examples of using Experimenteren in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Maar experimenteren,?
Goed idee, ik hou van experimenteren.
Experimenteren en rede.
Dat is geen experimenteren.
Experimenteren met baby's.
Combinations with other parts of speech
Usage with nouns
Usage with verbs
We moeten gaan experimenteren.
Experimenteren zonder gevolgen.
Daar kon je experimenteren.
Ze experimenteren op je, geloof me.
Overwinning door experimenteren.
Ze experimenteren op je, geloof me.
Je gaat niet met Olivia experimenteren.
We gaan experimenteren met CO2.
Experimenteren mag een andere keer.
Elk meisje moet experimenteren met haar uiterlijk.
Experimenteren met… te veel dingen.
Twee geweldige babes experimenteren met dildo's25:55.
Experimenteren zonder gevolgen!
Daarnaast gaat hij experimenteren met de gomdruktechniek.
Experimenteren is zelfs van toepassing op een algemeen thema.
Overbelasting van of experimenteren met toestellen en installaties.
Experimenteren is een belangrijk proces binnen de chemie.
Ons team bevordert het experimenteren in de zoektocht naar innovatie.
Experimenteren met buisstaal in meubels begon in 1927.
Toevoegen aan favorieten Experimenteren is een belangrijk proces binnen de chemie.
Experimenteren is een essentieel onderdeel van iedere kunstpraktijk.
Jij hebt experimenteren in je bloed zitten.
Ze experimenteren niet alleen op dieren.
M'n ouders experimenteren altijd op levende wezens.
We experimenteren en testen melk producten ter plaatse.