What is the translation of " BABBLE " in Dutch?
S

['bæbl]
Adjective
Noun
Verb
['bæbl]
gebabbel
chatter
babble
chit-chat
talk
prattling
chitchat
gewauwel
drivel
chatter
babble
jibber-jabber
waffle
bullshit
prattle
blather
twaddle
psychobabble
babbelen
chat
talk
chatter
babbling
prattle
chitchatting
gebrabbel
gibberish
babbling
prattle
ramblings
talking
chit-chat
kletsen
chat
talk
conversation
chitchat
chatter
blabbing
babbling
natter
little small talk
yapping
ben maar aan babbelen
babbie

Examples of using Babble in English and their translations into Dutch

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Ecclesiastic category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Computer category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Correct babble.
Correct gebabbel.
I babble when I'm nervous.
Ik ratel als ik nerveus ben.
Here, I will babble, okay?
Ik ratel wel even, oke?
Spare me the riddles and zealot babble.
Bespaar me je dweperige gewauwel.
All that jolt babble. You were?
Al dat gepraat over je kick?
You're kinda cute when you babble.
Je bent wel leuk als je praat.
How is Babble or Club shipped?
Hoe wordt de Babble of Club bezorgd?
I must escape this infernal babble!
Ik moet aan dit hels gewauwel ontsnappen!
And endless babble about free love.
Eindeloos gebabbel over vrije liefde.
Babble is very useable, I am pleased.
Babble is zeker bruikbaar, ben tevreden.
How can I order Babble or Club?
Hoe kan ik Babble of Club bestellen?
You can babble with your hands as well".
Brabbelen met je handjes kan ook".
Maybe I should just babble a little bit?
Misschien alleen een beetje babbelen?
Don't give me that psychological babble.
Geef me niet dat psychologisch gebrabbel.
What makes Babble and Club innovative?
Wat maakt Babble en Club vernieuwend?
The more all the idiots babble about her-.
Hoe meer idioten over haar kletsen,….
With Babble that problem is largely solved.
Met de Babble is dat probleem grotendeels verleden tijd.
In the room next door I hear a babble.
In de kamer naast ons hoor ik een gebrabbel.
And you let me babble on about my victory?
Je liet me brabbelen over over mijn overwinning?
Enough with you voodoo psycho babble.
Het is genoeg met jouw voodoo psycho- gewauwel.
They accumulate the babble out and the music in.
Ze hopen zich het gebabbel uit en de muziek in.
Babble will notify the student as soon as possible.
Babble de cursist hiervan zo snel mogelijk in kennis stellen.
He will stagger and babble when questioned.
Hij zal wankelen en babbelen indien hij ondervraagd wordt.
You can babble, cuddle and sing mm with the child.
Men kan brabbelen, knuffelen en zingen mm met het kind.
Heather, I have heard Diane babble about you a lot.
Heather, ik heb Diane veel horen babbelen over je.
Streams babble in the numerous valleys of these hills.
In de talloze dalen van dit heuvelland kabbelen de beekjes voort.
I can only imagine. I had to listen to her babble for an hour.
Ik moest een uur naar haar gebabbel luisteren.
Sometimes techno babble is good for the soul.
Soms is dat technisch gepraat goed voor zijn gemoedsrust.
While Hemmes is taping his wrist, they babble along.
Terwijl Hemmes zijn pols met tape inzwachtelt, babbelen ze voort.
When children babble, it's just not ordinary babble.
Brabbelen is niet gewoon brabbelen.
Results: 171, Time: 0.0762

How to use "babble" in an English sentence

Maenad may babble until the debbra.
Resting, and babble machine trips to.
Purpose harmless Kamagra Ordering babble unmercifully?
Much babble and shouting was heard.
Skeletons babble around, and they're ghoulish.
Blah blah blah blather babble babble.
Does that relevant babble become inexpressible?
Still, that’s human babble for you.
Instead, they will only babble indistinctly.
Some techno babble for you today.
Show more

How to use "gewauwel, brabbelen, gebabbel" in a Dutch sentence

Het gewone gewauwel van een megalomane godsdienstwaanzinnige.
Het spreken begint met brabbelen van klanken.
Geen gebabbel van die kleine pruts.
Al dat gebabbel werd een beetje irritant.
Rustgevend gebabbel van tandarts met assistente.
Er brabbelen verderop nog twee vogels heel interessant.
Wat een zielig gewauwel over de vormgeving.
Dan houd het gebabbel vanzelf op, Blensk.
Het gezelschap, het gebabbel en het eten.
Alleen maar gewauwel over die prius pluis.
S

Synonyms for Babble

lallation talk blab tattle babbling speak blather smatter blether blither ripple guggle burble bubble gurgle spill the beans let the cat out of the bag peach sing blab out

Top dictionary queries

English - Dutch