Voorbeelden van het gebruik van Zit in de bak in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Die zit in de bak.
Frieda Maloney zit in de bak.
Hij zit in de bak.
Jongen, je moeder zit in de bak.
Je vader zit in de bak en je moeder.
Combinations with other parts of speech
Gebruik met zelfstandige naamwoorden
fout zatbroer zitdeur zitzat fout
sleutels zittenman zatkracht zitzit het probleem
mannen zittenvrienden zitten
Meer
Tuurlijk, maar die zit in de bak.
Charlie zit in de bak in Inyo.
Toker zit in de bak.
Zijn pa zit in de bak.
Hij zit in de bak en jij straks ook.
Het meisje zit in de bak.
Hij zit in de bak, je bent alleen en je lijdt.
Haar man zit in de bak.
El Chapo zit in de bak, maar El León is er nog!
Vincent Bastaldi zit in de bak.
En, mijnheer zit in de bak.
Cottonmouth zit in de bak. Ik ben hier klaar.
Spider Mike zit in de bak.
Frank zit in de bak.
Z'n moeder zit in de bak.
Wisdom zit in de bak.
Sheldon zit in de bak.
Onze jongen zit in de bak, Cecil!
Fat Larry zit in de bak.
M'n vader? Die zit in de bak wegens roofmoord.
Eén ervan zit in de bak en de ander.
M'n reisgenoot zit in de bak. Dus, proost.