Voorbeelden van het gebruik van Limonade in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Mijn limonade.
Limonade is voor baby's.
Twee limonade.
Eén popcorn, één limonade.
Het is limonade.
Combinations with other parts of speech
Gebruik met werkwoorden
De limonade is te zuur.
En een limonade.
De limonade is op, Dolly.
Geef me een limonade.
Nu ja, limonade voor mij.
Een beetje limonade.
Limonade en ijsthee en water.
Ik heb limonade.- Ja.
Willen jullie wat limonade?
Limonade van twee jaar terug.
Hier is de limonade.
Limonade, zoals je die lekker vindt.
Wij verkopen limonade.
Limonade en koffie tellen niet mee.
We hebben alleen limonade.
Ik heb limonade gemorst… Hyde.
Voor mij ook een limonade.
Ik heb limonade gemaakt en karamel!
Er zat niks in de limonade.
Ik heb limonade van m'n moeder mee.
Je zwemt in de limonade.
Ik heb limonade van mijn moeder bij me.
Ik heb verse limonade.
Luister, een limonade zou ik wel lekker vinden.- Wat?
Dit ruikt niet naar limonade.