What is the translation of " NEED TO GET BACK " in Dutch?

• moeten terug
• moeten weer
• moet terug
• moet weer
• moet teruggaan
• moet terugkeren
• wil terug
• wil weer
• nodig hebt om terug te krijgen
• moeten teruggaan
• terug moeten
• moeten terugkeren

Examples of using Need to get back in English and their translations into Dutch

I need to get back.
Ik wil terug.

Uh, thank you? I need to get back home.
Ik wil terug naar huis. Bedankt.

I need to get back.
Ik moet terugkeren.

I just told Margaret we need to get back.
Ik vertelde Margaret zojuist dat we terug moeten.

You need to get back.
Je moet teruggaan.

Select the files that you need to get back from iPod.
Selecteer de bestanden die u nodig hebt om terug te krijgen van de iPod.

We need to get back.
We moeten teruggaan.

You have saved lot of valuable information on MacBook hard drive, which you need to get back.
U hebt opgeslagen veel waardevolle informatie over de MacBook harde schijf, die u nodig hebt om terug te krijgen.

We need to get back.
We moeten terugkeren.

Sweetheart, I think we need to get back to the hotel.
Liefje, ik denk dat we terug moeten naar het hotel.

I need to get back in.
Ik wil weer toegelaten worden.

Excuse me. I need to get back to work.
Excuseer. Ik moet weer aan het werk.

We need to get back inside.
We moeten weer naar binnen.

If you ever faced such situation and realized that you need to get back those files, then don't be under the impression that its not possible.
Als je ooit geconfronteerd dergelijke situatie en besefte dat je nodig hebt om terug te krijgen die bestanden, wees dan niet onder de indruk dat het niet mogelijk.

I need to get back on that bus.
Ik wil weer in die bus zijn.

And I need to get back to work.
En ik moet weer aan het werk.

We need to get back in the air.
We moeten weer de lucht in.

And you need to get back to your station.
En jij moet teruggaan naar je post.

We need to get back on the street.
We moeten terug de straat op.

Thoomi, I need to get back to the river.
Thoomi, ik moet terug naar de rivier.

I need to get back to Rosey.
Ik moet terug naar Rosey.

Yes. I need to get back to the city.
Ik moet terug naar de stad. Ja.

I need to get back to the cell.
Ik moet terug naar de cel.

Yes. I need to get back to the city.
Ja. Ik moet terug naar de stad.

I need to get back to the lab.
Ik wil terug naar het labo.

And you need to get back to your station.
En jij moet terugkeren naar je station.

I need to get back to her.
Ik moet teruggaan naar haar.

Lucas, I need to get back to my daughter.
Lucas, ik moet terug naar mijn dochter.

I need to get back to my son.
Ik wil terug naar mijn zoontje.

I think we need to get back to the dig site.
Ik denk dat we terug moeten naar de opgraving.