Voorbeelden van het gebruik van Een borrel in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Zondag een borrel?
Een borrel na het werk.
Wie wil een borrel?
Een borrel? Tien borrels?
Neem een borrel.
Mensen vertalen ook
Lk haal nu toch maar een borrel.
En ik een borrel.
Die leest de toekomst in een borrel.
Wil je een borrel?
Een borrel en een biertje?
Koffie of een borrel,?
Haal een borrel voor onze nazaat.
Ik gaf haar een borrel en.
Ik heb een borrel nodig. Geweldig.
Papa is toe aan een borrel.
Breng me een borrel en wat sigaretten.
Gaf me niet eens een borrel.
Je moet een borrel hebben.
Wil je niet liever een borrel?
Hij moet een borrel hebben.
Het eerste quadmester? Geef me een borrel.
Ik moet een borrel.
Moeten we dat niet vieren met een borrel?
Lk moet een borrel hebben.
Het is Midzomer,iedereen wil een borrel.
We hebben een borrel nodig.
Blijf rustig en geef 'm een borrel.
Haal je even een borrel voor me?-Dank je?
En mijn kruiswoordraadsels?Ik wil een borrel.
Ik ga beneden een borrel halen.