Voorbeelden van het gebruik van Gisteren gebeld in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Ik had gisteren gebeld.
Jared Connors, zijn pleegmoeder heeft gisteren gebeld.
Ik heb gisteren gebeld.
Gregory heeft me gisteren gebeld.
Ik heb gisteren gebeld dat ik zou komen.
Combinations with other parts of speech
Gebruik met zelfstandige naamwoorden
bel de politie
politie bellenmoeder bellenkeer gebeldtaxi bellenadvocaat bellendokter bellenvrouw bellenvader bellenbel de beveiliging
Meer
Gebruik met bijwoorden
gratis bellenanders bellengewoon bellenlater beldezus bellendirect bellensnel bellenmorgenochtend bellenecht bellenconstant gebeld
Meer
Gebruik met werkwoorden
Grayson heeft gisteren gebeld.
Ik heb gisteren gebeld dat ik zou komen.
Niels Giversen heeft gisteren gebeld.
Ik ben gisteren gebeld door de politie.
Papa en mama hebben gisteren gebeld, hè?
Ik werd gisteren gebeld door Oasis Beverage.
We hebben gisteren gebeld.
Ik heb gisteren gebeld over mijn account.
Julia heeft gisteren gebeld.
Ik heb gisteren gebeld om er zeker van te zijn. Ja.
Hij heeft me gisteren gebeld.
Nadat we gisteren gebeld hadden… kon ik niet stoppen met aan jou te denken.
De VS hebben gisteren gebeld.
Ja. Ik heb gisteren gebeld om zeker te zijn.
Ik werd gisteren gebeld.
Heb jij me gisteren gebeld en toen opgehangen?
Ik werd gisteren gebeld.
Hij is gisteren gebeld door ene Nanu.
Ik heb je gisteren gebeld.
Ik heb gisteren gebeld.
Ik heb gisteren gebeld.
Ik heb gisteren gebeld.
Ik heb 'm gisteren gebeld.
Je hebt me gisteren gebeld.
Ik heb je gisteren gebeld.