Voorbeelden van het gebruik van Knop in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Knop, verzorging.
Druk jij op de knop.
Welke knop is het?
Druk maar op de knop.
Elke knop maar één keer.
Combinations with other parts of speech
Gebruik met bijvoeglijke naamwoorden
rode knopgroene knopde rode knopblauwe knopnieuwe knopverkeerde knoplelie knopgele knopgrote knoptweede knop
Meer
Gebruik met werkwoorden
ok knopvolgende knopknop drukken
knop te drukken
knop ingedrukt
knop te klikken
knop klikt
klikken op de knoplopen knopvervangen knop
Meer
Het is één knop.
Staat de knop uit?
De knop heeft je nodig.
Verborgen knop.
M'n knop smaakt gek.
Ik kom aan de knop.
Gewoon de knop omdraaien.
Middenconsole, rode knop.
Zie je de knop rechts?
Knop(4) pauseert het spel.
Ik heb de knop gevonden.
Na dat zijn ze $5 per knop.
De knop gaat het activeren.
Het is niet de groene knop.
Knop voor zwaarlopende deuren.
Druk op de knop om te beginnen.
Ik zal je vertellen welke knop.
Breng de knop naar Maanhaven!
Kunt u bij de bovenste knop?
Druk op een knop als jij het bent.
Mondje dicht en druk op de knop.
Ik heb een knop voor z'n neus.
Klik vervolgens op bijvoegsel knop.
Druk op die knop en tegelijk op de S.
Vervolgens, moet je bij de ‘Voer‘ knop.