Voorbeelden van het gebruik van Vent in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Je vent.
Onmogelijke vent.
Vent met een litteken?
Nieuwe vent.
Een vent die dat weet.
Combinations with other parts of speech
Gebruik met zelfstandige naamwoorden
vent genaamd
vent zei
vent gaat
vent pakken
vent komt
soort ventzag een ventdoet die ventvent weet
zegt die vent
Meer
Gebruik met bijwoorden
Gebruik met werkwoorden
Een oude vent.
Le vent se lève". Dankjewel.
Aardige vent.
Die vent was getrouwd?
Knappe vent.
Grote Vent en Grote Kerel?
Geweldige vent.
Goeie vent voor ons team.
Nee, gekke vent.
Nee? Die vent is hier niet.
Die Quinn vent.
Ik ben een vent zonder voet.
Henry. Flinke vent.
Eén vent kan een probleem zijn.
Stop die vent.
Vent, 't is 'n simpele vraag.
Laat die vent erin.
Hij is mijn ideale vent.
Deze vent hier is bij de DEA.
Ik was met die vent.
De vent die je leven heeft gered.
Zie het onder ogen, ouwe vent.
Dit is mijn vent Steve.- Taggart.
oude vent.
Ik heb deze vent op de tv gezien.