Voorbeelden van het gebruik van Frisdrank in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Ik heb frisdrank.
Frisdrank of zoiets?
Hij wil frisdrank.
Frisdrank en wat slaappillen.
Enkel light frisdrank, geen.
Combinations with other parts of speech
Gebruik met bijvoeglijke naamwoorden
Gebruik met werkwoorden
Club frisdrank en limoen, alsjeblieft.
Het is beter dan frisdrank.
En geen frisdrank na 't eten.
Groene flessen met bier of frisdrank.
Heb je frisdrank in je broek?
Op de boot: één biertje of één frisdrank.
En één frisdrank, niet te vergeten.
Drink water in plaats van frisdrank.
Rode frisdrank met ijs in glas.
Maar door te hernoemen als frisdrank koelers.
Geen frisdrank voor 't eten, liefje.
Geweldige Old Time frisdrank, shakes& malts!
Geen frisdrank voor het eten, lieverd.
Bovendien is het een sprankelend alternatief voor frisdrank e.d.
Bruin frisdrank met ijs in glas.
voedsel, frisdrank en bier.
Hij drinkt frisdrank en eet koekjes.
Frisdrank, koffie en thee zijn gratis.
AC Alcohol en frisdrank zijn extra….
Frisdrank en andere goederen dag en nacht.
Koffie, thee, frisdrank en snacks- GRATIS.
Frisdrank, koffie en thee zijn on the house.
Houd junkfood en frisdrank naar een minimum!
Frisdrank, koffie, chocolade en alcohol vermijden.
En in plaats van club frisdrank, maak er champagne van.