Voorbeelden van het gebruik van Capabel in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Ze is capabel.
Ze is duidelijk slim en capabel.
Hij lijkt me capabel en bereid.
Dr. Clarkson is zeer capabel.
Hoe capabel die vrouw ook is.
Ik ben capabel.
En toch vind ik mezelf meer dan capabel.
Omdat hij capabel is?
Ze is capabel, maar ze zit al lang bij Hollywood.
Ze lijkt me capabel.
Ik denk dat je capabel genoeg bent voor een grote verandering.
Ze lijkt erg capabel.
Je bent capabel, dus dachten we dat je best een wat grotere klus aankon.
Je bent heel capabel.
Daardoor is hij zo'n capabel man, dat mag hier toch wel eens gezegd worden!
Ze is zeer capabel.
Leiderschap moet capabel, vastberaden en vooruitziend zijn in zijn inzet voor vrede.
Ik ben meer dan capabel.
Ik moet weten ofhij capabel is om CTU te runnen. Capabel?
Ze is briljant, capabel.
Ze studeert hard,is capabel… en is vuriger dan wie dan ook.
Ze lijkt me zeer capabel.
Ik ben kalm, capabel en kan dit.
Balsan is net zo capabel.
Lk ben volledig capabel, maar gewoon niet.
Onze vijand is sterk en capabel.
Uw drieën zijn al zo capabel op zo'n jonge leeftijd.
Duitsland is sterk en capabel.
Ze studeert hard,is capabel en vuriger dan wie ook.
In de oorlog waren ze zeer capabel.