Voorbeelden van het gebruik van Eist in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Hij eist.
O, eist hij dat?
Sheriff zijn eist zijn tol.
Hij eist bijna perfectie.
De God die gehoorzaamheid eist.
Combinations with other parts of speech
Gebruik met zelfstandige naamwoorden
klanten eisenlidstaten eisengod eistsysteem eisenmensen eisenlichaam eiseneisen een losgeld
commissie eistlidstaten kunnen eiseneist de commissie
Meer
Je eist het.
Com als u een offerte naar andere landen eist.
De Paus eist mij op.
Je eist volledige toewijding.
De strijd eist zijn tol.
Hij eist dat ze vrijgelaten wordt.
Mijn werkgever eist een audiëntie.
Ze eist dat we haar vrijlaten.
Unanimiteit eist volgzaamheid.
U eist om tegen onze vijand te zijn.
Je moeder eist al je tijd op.
Ze eist vertrouwen, maar haar eigen daden zijn cynisch.
De beweging eist alles van ons.
Nu eist de Kroon dat u het goedmaakt.
En de duivel eist me niet meer op.
Hij eist vrije wil,
Deze school eist heel weinig.
God eist de verwoesting van dit schip.
Meesteres Savage eist uw aanwezigheid.
Kees eist bewond'ring voor zijn tocht;
Wetenschappelijke reden eist dat ik u moet vernietigen!
Hij eist een morele coalitie te hebben ingezet.
Deze koloniale oorlog eist meer en meer slachtoffers.
Hij eist ook dat Jezus naar hem moet worden toegebracht.
Kapitein, generaal Washington eist uw onmiddellijke aanwezigheid.