Voorbeelden van het gebruik van Kanjer in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Onze kanjer.
Welkom op m'n feestje, kanjer.
Connor is een kanjer, net als jij.
Geen waterlanders, kanjer.
Ben jij dat kanjer? Kom als de sodemieter hier.
Mensen vertalen ook
Wat een kanjer.
Ik zie 'n kanjer die zich niet laat piepelen!
Je bent een kanjer.
Zie je wel, kanjer? Ik zei toch dat ik het recht zou zetten?
Jij bent de kanjer.
Vertel kanjer, wie is die gemeenschappelijke vriendin dan?
En jij, kanjer?
Ik probeer mijn stops onder de 10 seconden te houden, kanjer.
Goed gedaan, kanjer.
Ben je er klaar voor, kanjer?
Je bent een kanjer.
Ga wat geld voor me verdienen, kanjer.
Dat wil je niet weten. Ik snap niet dat zo'n kanjer zo onzeker kan zijn.
Misschien mag je me nu kussen. Kanjer.
Hoe gaat het, kanjer?
Battling Bud, je bent een kanjer.
Goed gedaan, kanjer.
Wat wil jij, kanjer?
Ja, is het geen kanjer?
Daar is ie. Kanjer.
Daar is ie. Kanjer.
Tien seconden, kanjer.
Je bent een kanjer.
Die Cox is een kanjer.
Je bent een kanjer.