Voorbeelden van het gebruik van Dader in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
De dader was zwart?
Rossi heeft de dader niet gezien.
De dader is gevallen.
Goss, zeg me dat je de dader in hechtenis hebt.
Dader zou' joodse nazi' zijn.
Combinations with other parts of speech
Gebruik met bijvoeglijke naamwoorden
Gebruik met werkwoorden
Gebruik met zelfstandige naamwoorden
Stel dat de dader het gerucht geloofde.
Dader is een blanke man, 1 meter 80, 90 kilo?
Trevor was het slachtoffer niet de dader.
De dader werd door de politie neergeschoten.
Commander Dunne, mogen we de naam van de dader?
De dader smeerde Dylans lichaam ermee in.
Ik ken de doodsoorzaak… maar ik weet niet wie de dader is.
De dader sloeg op de vlucht en werd niet gepakt.
Hebben we enige aanwijzing dat de dader in Noorwegen is?
Onze dader is misschien zo slim als je denkt.
Schoensporen wijzen uit dat de dader die kant op gegaan is.
De dader ging naar de site van de haven Meldorfer.
En toch heeft mijn Padawan de dader omschreven… als vrouwelijk.
De dader pikt de identiteit van z'n slachtoffer.
Waar heeft de Griekse vertaler… de anonieme dader van zijn dood ontmoet?
De dader dacht wellicht, dat het om wat anders ging.
U hebt partikels en sporen gewist die naar de dader kunnen leiden.
Hij weet wie de dader is. Hij wilde Tom oppakken.
De dader wilde ons laten denken dat het de Dame van het Meer-moordenaar was.
Denkt u dat de man op de foto de dader is, inspecteur?
Als je de dader bent kun je Kitt's zelfdestuct stoppen.
De dader wist waar de camera's stonden… en hoe je ze kon ontlopen.
Ze denkt dat de dader dezelfde is als in New Orleans, Jeb Dukes.
De dader noemde Falmouth, een plaats waar je je zomers doorbracht.
Virgin zeef neemt de dader is ook de laatste stap in de verslaafde kringen.