Voorbeelden van het gebruik van Hield in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Dat hield me puur.
Je zei dat je van me hield.
Hij hield van reizen.
Hij wist dat je van hem hield.
Maar u hield hem?
Combinations with other parts of speech
Gebruik met zelfstandige naamwoorden
rekening houdendhoudende wijziging
rekening wordt gehoudenhou je mond
gaten houdenhou je kop
verband houdenmond houdenmensen houdengeheim houden
Meer
Hield u van uw werk?
Wanneer hield het op?
Ik hield m'n hand in het water.
Hélène Delaunay hield van schieten.
Hij hield hem klein.
Had gezegd dat je van haar hield.
Ik hield er zo van.
Maar uiteindelijk… hield hij me vast.
Hij hield van lachen.
Je hebt nooit gezegd dat je van hem hield.
Waarom hield hij op?
Hield hij van rijden, of… Wat?
En hij hield van gokken.
Hield hij… Hield hij van je?
Waarmee hield ze niet op?
Je hebt nochtans gezegd dat je van hem hield.
Waarom hield ze ermee op?
Elke zaterdag en zondag hield hij ze.
Je hield echt van me.
Degene van wie je hield, loog tegen je.
Ze hield van kunst maken.
Die stroomstoot hield hem echt vast.
Je hield van de paarden.
Ik denk niet dat hij van de persoon hield die hij aan het worden was. Waarom?
Ze hield van mijn stem.